Nieuws / 10 juli 2015

“Hoger onderwijs kleinschaliger, op maat en nog beter” kopt de rijksoverheid in een nieuwsbericht op haar website. Dit is een conclusie uit de Strategische Agenda Hoger Onderwijs en Onderzoek 2015-2025, waarin minister Bussemaker de lijnen uitzet voor het hoger onderwijs in het komende decennium.

Uit deze Strategische Agenda volgt de aanbeveling voor het vergroten van het aantal docenten in het HBO. Op deze manier worden groepen kleiner en is er meer aandacht voor de individuele student, die zo meer wordt uitgedaagd.

Volgens minister Bussemaker leren studenten het meest in kleinschalige  leergemeenschappen, die uitnodigen tot kritische discussie en reflectie. Die leergemeenschappen en een goede studiebegeleiding vergroten de binding en betrokkenheid van studenten en docenten onderling en met elkaar, wat ten goede komt aan de kwaliteit van het onderwijs.

Feitelijk is er meer behoefte aan onderwijs op maat.

In onze projecten werken we steeds vaker samen met onderwijsinstellingen, die door activerende onderwijs kleinschaligheid doeltreffend maken. Studenten zoeken hierbij zelf naar oplossingen en werken samen in interdisciplinaire teams. Het onderwijs heeft aandacht voor passie en talent.

Wij zien een trend dat de behoefte aan meer individuele leerroutes stijgt, waarbij zelfsturing door studenten mogelijk is. De student wordt zo coproducent van de eigen lesstof en heeft controle over alle fasen van zijn of haar leerproces.

Onderwijs is niet langer het overbrengen van kennis. Het draait om het voorbereiden op de rol in de maatschappij. Kennis en vaardigheden worden meer gedeeld en studenten leren meer te reflecteren en kritisch te denken. Dit vraagt om een omslag in het onderwijs.

Onderwijs wordt tijd- en locatieonafhankelijk. De toegepaste werkvormen sluiten aan op de persoonlijke leerstijl van de student, individueel, 1 op1 of in groepsverband. De rol van de docent verschuift naar een meer coachende, begeleidende en inspirerende rol. Er ontstaat een vorm van onderwijs die meer gericht is op het ontwikkelen van competenties.

Bij competentiegericht onderwijs past een andere omgeving dan de traditionele onderwijsomgeving!

Competentiegericht onderwijs vraagt om flexibiliteit zodat de diversiteit en variatie in leerroutes zijn op te vangen. Daarnaast eindigt de leeromgeving niet bij de muren van het gebouw. De onderwijsinstelling is meer een plek voor  ontmoeting en het uitwisselen van kennis en ervaringen in plaats van een plek waar kennis wordt vergaard.

Kennis vergaren kan feitelijk overal plaatsvinden, bijvoorbeeld thuis via weblectures. Hiermee verdwijnen de traditionele hoorcolleges. Er ontstaat een behoefte aan faciliteiten, die het toelichten en bespreken van de opgedane kennis in kleinere samenstellingen mogelijk maken. Het gaat niet meer om luisteren, maar om bespreken.

Kortom, om de gewenste kleinschaligheid in het hoger onderwijs optimaal te benutten en ook daadwerkelijk op maat en beter te maken, is een passende onderwijsomgeving nodig. De traditionele onderwijsomgeving gaat plaats maken voor een activiteit gerelateerde onderwijs omgeving. Aestate denkt graag met u mee in dit traject van onderwijshervormingen.